Overdenkingen

Emanuel

Op 5 augustus 2010 kwamen 33 Chileense mijnwerkers op een diepte van 700 meter vast te zitten in de mijn San José, in de woestijn van Atacama, het Noorden van Chili. Ze waren ten dode opgeschreven. Niemand hield het voor mogelijk dat zij gered zouden worden. Maar toch konden ze alle 33 na 69 dagen gevangenschap onder de grond veilig naar boven worden gehaald. Dat gebeurde met behulp van een capsule die op en neer ging via een speciaal geboorde schacht. Op de plek waar dit alles plaatsvond, speelden zich emotionele taferelen af. De wereldpers en vooral de Chileense kranten berichtten er uitvoerig over. De redding van deze groep mannen maakte overal in de wereld erg veel indruk.

De reddingscapsule had een diameter van niet meer dan 66 centimeter. De kompels moesten dus één voor één naar boven. Voor de gehele operatie had men iets meer dan een etmaal nodig. De hoofdrol in de reddingsoperatie werd vervuld door Emanuel (of Manuel) González. Hij was een van de reddingswerkers en hij had zich vrijwillig gemeld voor het moeilijkste en gevaarlijkste onderdeel van de operatie.
Toen eenmaal de schacht was geboord waardoor de mijnwerkers naar boven moesten worden gehaald, ging González in de capsule naar beneden. Het afscheid van de mensen boven ging gepaard met bemoedigende kreten: ‘fuerza Manolo’, ‘que Dios te acompañe!’; sterkte Manolo, moge God je vergezellen!
De toenmalige Chileense president, Sebastián Piñera, was op de plek aanwezig. Hij richtte zich tot Manuel: ‘Het uur van de waarheid is gekomen. Wees rustig. Moge God met je zijn zodat je de mijnwerkers terug kunt brengen.’
‘Zo gaan we het doen, meneer,’ antwoordde Manuel Gónzalez.

Het was de taak van Manuel te controleren of alles goed ging met de capsule. Eenmaal beneden moest hij instructies geven aan de mijnwerkers die daarna een voor een de tocht naar boven moesten maken. Al die tijd was González beneden in de mijn bij de kompels die geduldig moesten wachten tot het hun beurt was om te worden gered.
Nadat alle mijnwerkers bovengronds in het daglicht waren verschenen, was het de beurt aan Manuel zelf om als laatste man naar boven te gaan. Helemaal alleen moest hij nog een half uur in de diepte wachten, voordat ook hij in de capsule naar boven werd gehaald, naar het zonlicht en naar het leven. De reddingsoperatie werd afgerond op 14 oktober 2010.
Manuel, de reddingswerker. Hij was als eerste naar beneden gegaan, hij ging als laatste naar boven nadat de redding van de anderen was voltooid.

Het is niet bekend wat er in de mijnwerkers omging die lange dagen dat zij zaten opgesloten in de diepte van de mijn, in ‘de hel van San José’, zoals de Chileense kranten schreven. Maar je kunt je er wel iets bij voorstellen. Sommigen hebben misschien de woorden van de oude psalm heel persoonlijk ervaren:

Uit diepten van ellende
roep ik tot u, o Heer.

Ze bleven hopen op verlossing, vooral toen de communicatie met de bovenwereld tot stand kwam en ze wisten dat er hard aan hun redding werd gewerkt.
En dan, na al die dagen eenzaamheid en angst, is daar Manuel González. Hij stapt uit de capsule en staat midden tussen hen in. Hoe is die ontmoeting geweest? Het moment waarop Manuel uit de capsule stapt, en de 33 mannen aankijkt die op hem staan te wachten? Ze ontvingen me als ‘salvador’, als verlosser, vertelt hij later. Er is veel over de reddingsoperatie geschreven, maar van die momenten is geen verslag. We weten dus niet hoe het precies is geweest, maar misschien is het als volgt gegaan. Het moment waarop Manuel uit de capsule stapt en de mijnwerkers begroet:  

‘Hallo mannen. Ik kom jullie hier uit halen’.
‘Mijn God!’, fluistert een van de mannen.
‘Dat mag je wel zeggen’, reageert Manuel met een glimlach. ‘Manuel González. Aangenaam. De bedoeling is dat wij hier allemaal levend uit komen. Laten we bidden dat God met ons is’.
Er klinkt een instemmend gemompel. De mannen omhelzen Manuel. Als het weer stil is, legt Manuel uit hoe de reddingsoperatie in zijn werk zal gaan en wie van hen als eerste naar boven zal vertrekken.
De operatie gaat sneller dan verwacht, maar voor degenen die op hun beurt moeten wachten duurt het een eeuwigheid. Laat er in godsnaam niets mis gaan met die capsule en met de smalle schacht die voor hen allen de doorgang naar het leven is.
Emanuel heet die man die uit vrije wil is gekomen om hen uit deze diepte te halen.

Manuel zelf gaat als laatste naar boven. Als eerste vrijwillig afgedaald in de hel van San José; als laatste naar boven gegaan nadat allen waren gered. Als hij eindelijk boven de grond verschijnt, wordt hij met gejuich en met omhelzingen ontvangen. ‘Emanuel!’ Niemand van de betrokkenen zal hem en zijn naam ooit vergeten. Over die naam schreef de Friese dichter Fedde Schurer ooit het volgende vers:

In jonge frou yn Israël
wurdt swier en krijt in soan
hja neamt him bliid ‘Immanuel’
en sjocht him glimkjend oan.
Dy namme is in tsjûgenis
hja hopet en bitrout
dat God dochs altyd mei ús is
en ús in takomst jowt.

Literatuur:
— De Chileense dagbladen El Mundo, El País en El Mercurio, uit de periode augustus tot en met
oktober 2010 
— Fedde Schurer, Samle Versen. Uitgeverij Bosch & Keuning, Baarn 1974